Introductie en samenvatting
In de introductie geef je een overzicht van wat je wilt bereiken met je bedrijf, hoe je dat wilt aanpakken en welke middelen je daarvoor ter beschikking hebt. Het is een beknopte samenvatting van je ondernemingsplan. Je omschrijft je doel, waarom je wilt starten met ondernemen en je noemt de belangrijkste cijfers uit je financieel plan. Met de introductie wil je de interesse wekken bij de lezer, bijvoorbeeld de bank of investeerder, maar houd het kort. Houd als richtlijn maximaal 2 A4-tjes aan.
Persoonlijke gegevens
In het hoofdstuk persoonlijke gegevens geef je informatie over jezelf en eventueel je zakenpartner, je ondernemersvaardigheden, je opleiding, arbeidsverleden en persoonlijke eigenschappen. Je geeft antwoord op de volgende vragen. Wie ben je als ondernemer? Wat is je achtergrond en expertise? En hoe ga jij je als ondernemer ontwikkelen?
Overzicht van je bedrijf en organisatie
In dit hoofdstuk zet je je plannen uiteen voor je bedrijf. Je beschrijft wat je gaat doen en op welke manier. Beschrijf de laatste ontwikkelingen in de branche, de aard van je bedrijf, welke rechtsvorm je hebt gekozen en welk bestaand probleem je met je product of dienst gaat oplossen. Onderbouw dit met cijfers en statistieken van bijvoorbeeld het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) of branchevereniging. Beschrijf daarnaast waarom je bedrijf een succes wordt: is je product of dienst uniek in de regio? Of bied je een goede prijs-kwaliteitsverhouding? Je moet in dit hoofdstuk ook ingaan op de juridische zaken die van invloed kunnen zijn op je bedrijf. Zo ontkom je er niet aan om algemene voorwaarden op te stellen. Lees in 9 juridische documenten die je als ZZP’er nodig hebt welke documenten van essentieel belang zijn voor een goede bedrijfsvoering. Zet tot slot uiteen welke vergunningen je nodig hebt, aan welke wettelijke eisen je moet voldoen en welke verzekeringen je gaat afsluiten.
Beschrijving van je product/dienst
In dit hoofdstuk geef je informatie over het product of dienst die je gaat aanbieden. Welk product of welke dienst bied je aan en op welke manier? Beschrijf wie je belangrijkste concurrenten zijn en wat de toegevoegde waarde van je product of dienst is. Waarom is er juist nu behoefte aan je product of dienst? Oftewel welke oplossing bied jij met je bedrijf?
Marktonderzoek en marketingplan
Wie zijn je klanten, waar kun je ze vinden en hoe zorg je ervoor dat ze je bedrijf goed kunnen vinden? Doe een marktonderzoek om hierachter te komen. Geef een overzicht van je doelgroep, het ondernemersklimaat en de marktgrootte. Beschrijf ook wie je belangrijkste concurrenten zijn en wie hun doelgroep is. Welke producten bieden zij aan en tegen welke prijs? Daarnaast is het belangrijk om te weten hoe de markt in je branche ervoor staat. Welke ontwikkelingen en trends spelen er? Voor je marktonderzoek kun je onder andere informatie opvragen bij het CBS. De resultaten van je marktonderzoek spelen ook een belangrijke rol bij het bepalen je marketingstrategie. Een marketingplan geeft zicht op kansen in de markt en de haalbaarheid van je doelstellingen.
Strategie in ondernemingsplan
Leg in dit hoofdstuk uit wat je wilt gaan doen, hoe je dit gaat aanpakken en op welke doelgroep je je gaat richten. Geef ook duidelijk aan in welke behoefte je met je product of dienst wilt voorzien en hoe je denkt dit te kunnen bereiken. Benoem hier niet alleen de voordelen van je dienst of product, maar geef ook aan wat de risico’s en gevaren zijn en hoe je verwacht tegenslagen te kunnen opvangen. Geef aan of je je product en/of dienst alleen fysiek of ook online gaat aanbieden. Beschrijf welke promotieactiviteiten je gaat opstarten om je product en/of dienst onder de aandacht van het publiek te brengen.
Ondernemingsplan en financieel plan
Tot slot het financieel plan. In dit hoofdstuk breng je in kaart hoeveel geld je nodig hebt om je bedrijf te starten, waar je dit kapitaal vandaan haalt en hoeveel winst je gaat maken. In het financieel plan laat je in cijfers zien dat je bedrijf kans van slagen heeft. Een goed financieel plan bestaat uit 5 begrotingen:
- investeringsbegroting: welke investeringen zijn noodzakelijk en wat kosten ze? Het minimale startkapitaal dat je nodig hebt.
- financieringsbegroting: hoe ga je deze investeringen betalen?
- exploitatiebegroting: een inschatting van de verwachte omzet en kosten
- liquiditeitsbegroting: een overzicht van de inkomsten en uitgaven
- persoonlijke begroting: hoeveel geld heb je privé nodig om rond te komen?
De wet is complex en verandert vaak. Vraag een advocaat voor juridisch advies.